– Johanna F. Shapiro, School of Medicine, University of California, in The New Yorker
Zowel in de literatuur als in de geneeskunde krijg je te maken met een verhaal dat niet direct helemaal wordt verteld. Ook komen veel thema’s in beide disciplines overeen: geboorte, dood, ziekte en liefde – en de daarmee samengaande rouw en verlies.
Sinds 2000 bestaat er een term voor het vakgebied dat literatuur en geneeskunde met elkaar verbindt: Narrative Medicine. Naast close reading wordt daar aandacht besteed aan creatief schrijven en aan reflectie op het verhaal dat je als arts en lezer niet meteen doorziet.
Als ik mijn lijst met leestips bekijk nodigt die vooral uit tot deze reflectie; de boeken zetten bovendien aan tot een rijk gebruik van taal. Ook komt de zoektocht aan de orde naar de manier waarop je op eigen wijze arts kunt zijn.
Op de website ‘literatuur en geneeskunde’ - opgezet door hoogleraar literatuur en geneeskunde Arko Oderwald - zijn databases te vinden van meer dan 700 romans, meer dan 600 films en bijna 2000 ziektebiografieën die de geneeskunde raken. Je vindt er verder onderwijsvormen die gebruikmaken van literatuur. Meer gericht op poëzie en geneeskunde is ‘Dichter bij de Zorg’, (www.dichterbijdezorg.nl) dat ik in 2010 met arts ouderengeneeskunde Aafke de Groot startte; vooralsnog verwijst die site vooral naar aanbod van onderwijs.
Ik werk als arts voortplantingsgeneeskunde, voor alle vragen rondom het niet op natuurlijke wijze zwanger worden. Kinderen krijgen is voor velen een existentieel deel van het leven. Dat wil zeggen, voor velen van alle vele mensen met al hun vele verschillen. Werken in de zorg betekent dat je intensief contact hebt met al deze mensen van wie je anders niets zou hebben geweten.